Thuis in Jeruzalem


Op 2 oktober arriveerde Israëlconsulent Geert de Korte met zijn gezin in Jeruzalem. Vijf dagen later was het oorlog. Terwijl veel mensen uit de internationale community repatrieerden, besloten zij te blijven.

Wat roept jullie keus om te blijven voor reacties op bij jullie buren?

‘Mensen waarderen dat heel erg. Zij lezen ook de kritiek in buitenlandse media en voelen zich alleen staan. Zij zien onze aanwezigheid als een lichtstraaltje in de duisternis, als een bemoediging. Onze buren zijn heel zorgzaam en hebben ons geholpen ons leven hier op de rails te krijgen.

In gesprekken kunnen we iets over onze motivatie kwijt. We wisten ons hier geroepen en dat is alleen maar versterkt. Namens twee kerken die zich met Israël verbonden weten, in mooie en in moeilijke tijden, zitten we hier. We ervaren dat de Heere voor ons zorgt en dat mensen vanuit Nederland met een muur van gebed om ons heen staan.’

Wat merken jullie in Jeruzalem van de oorlog? En waar je verder komt?

‘Kort na het uitbreken van de oorlog was op een bepaald moment al het brood in de supermarkt op. Het gebed om dagelijks brood wordt dan heel concreet voor je. Na de eerste twee onrustige weken aan het begin van de oorlog hebben we ongeveer eens in de twee weken alarm gehad, vanaf half december was dat voorbij. In Jeruzalem merk je heel weinig meer van de oorlogsomstandigheden. Je ziet wel veel mensen met een wapen bij zich, voor het geval dat er een aanslag plaats zou vinden. Gelukkig is ons veiligheidsgevoel altijd goed geweest.

We zijn verder nog weinig buiten Jeruzalem geweest. Onze focus lag op intensieve taalstudie, vijf ochtenden per week. We volgen de ontwikkelingen vooral via het nieuws.’

Hoe gaat het tot nu toe?

‘Het organiseren van ons verblijf hier kostte in het begin veel tijd. Alles bij elkaar is het superintensief: alle contacten zijn nieuw, elke ontmoeting is anders, je moet elke keer weer inschatten met wie je in gesprek bent. De taalstudie vergt ook veel energie. De oorlog roept telkens de vraag op hoe je je ertoe moet verhouden. Je staat continu aan. Het voelt alsof we er al veel langer dan een half jaar zitten. Wel voelen we ons heel erg thuis hier en gelukkig integreren de kinderen ook goed.’

‘De oorlog komt terug in alle gesprekken die jullie met mensen hebben’, schrijf je in een nieuwsbrief. Hoe leeft de oorlog en bij wie?

‘De oorlog is het gesprek van de dag, bij iedereen. Enkele taaldocenten hebben kinderen in het leger en dan komt het soms ook zomaar naar voren tijdens de taalles. Als je hier leeft, voelt het verhaal van Israël al snel als je eigen verhaal. Voor de mensen hier staat deze oorlog in hetzelfde rijtje als de onafhankelijkheidsoorlog en de Jom Kipoeroorlog.

Hier is weinig discussie over de vraag of er oorlog moet zijn, maar toch verschillen ook hier de meningen sterk: van het uiterste van het platbombarderen van de Gaza­strook tot aan de andere kant de beschuldiging dat Israël deze oorlog aan zich zelf te wijten heeft door de Palestijnen niet een eigen staat te gunnen.

Het is belangrijk om je te realiseren dat de Israëli’s een groot veiligheidstrauma hebben. Daar komt nu weer de zware klap bij die Hamas heeft uitgedeeld en vervolgens een wereldopinie waarin weinig oog is voor de complexiteit van de situatie hier.’

De Israëli’s hebben grote verliezen geleden, hun veiligheidsgevoel is aangetast, ze verkeren al maanden in de oorlogsmodus en staan onder grote internationale druk. Roept dit existentiële vragen op? Wat zie jij geestelijk gebeuren?

‘Dat vind ik moeilijk in te schatten. Persoonlijk vind ik het nog lastig hierover gesprekken te voeren. Dat komt door mijn taalniveau, maar ook omdat het een zoektocht is hoe en met wie je dit soort dingen bespreekt. Er is een relatie nodig om hierover door te praten.

De oorlog zet mensen wel aan het denken. Onlangs stond in de Jerusalem Post dat 33% van de Israëli’s zegt dat hun geloof in God sterker was geworden, bij 8% zwakker. Bij seculiere Israëli’s heeft het vertrouwen in het leger sowieso een knauw gekregen.

We waren bij een concert met oosterse folkloremuziek. De avond werd begonnen door met de hele zaal Psalm 121 te reciteren: ‘Waar komt mijn hulp vandaan? Mijn hulp is van de Heere die hemel en aarde gemaakt heeft.’ Waar deze oorlog toe leidt, weten we niet. Maar we geloven dat de Heere zelf doorgaat met Zijn werk, ook hier in Israël.’

Hoe kijken Israëli’s aan tegen de toekomst?

‘Ze vinden het moeilijk om de moed erin te houden. De hoop dat het goed gaat aflopen met de gijzelaars neemt af. Hamas blijkt een taaie tegenstander. Uit de grootschalige protesten blijkt wel dat er veel zorgen leven. De oorlog is voorlopig niet voorbij. En intussen verslechteren de verhoudingen. Het perspectief op vrede tussen Israëli’s en Palestijnen is ver weg. Er zijn hier leiders als Jozef en Daniël nodig om een weg vooruit te vinden.’

drs. Niels van Driel
Verbonden jrg. 68 nr. 2 (mei 2024)
www.kerkenisrael.nl/verbonden

verbonden