Bijzondere Data

Van de Voorzitter


In de laatste twee nummers van de vorige jaargang konden we u wat informatie geven over ‘onze nieuwe man in Israël’, drs C.J.Rodenburg. We noemen hem ‘consulent’. Dat is iemand die raad geeft en aan wie om raad gevraagd kan worden inzake de relatie tussen Israël en de kerk.

Eerst las u hoe het tot zijn benoeming is gekomen. En vervolgens heeft een interview met hem wat kennis willen geven van zijn persoon, zijn gezin en omstandigheden, van wat hem drijft en van wat hij beoogt.

Na een periode van intense voorbereiding (voornamelijk taalstudie en het leggen van contacten met allerlei mensen en instanties) in de zomermaanden is het tot uitzending en vertrek kunnen komen.

Over beide wil ik u wat meer vertellen.

1. Een bijzondere dienst

Dat was het op de Israëlzondag, 5 oktober j.l.: de bevestiging en intrede.

U hebt helemaal gelijk als u hierbij denkt dat deze datum met opzet gekozen was: een zondag waarop de verbondenheid met Israël méér dan anders verwoord en zichtbaar gemaakt wordt, leent zich bijzonder voor een dergelijk belangrijk gebeuren.


Daar gingen veel voorbereidingen aan vooraf. Zo moest br Rodenburg eerst nog beroepen worden tot - zoals dat in het (toen nog) hervormde taalgebruik heet - 'predikant voor buitengewone werkzaamheden.' Daar moest zelfs de hervormde synode aan te pas komen. Zó is (was) het daar al sinds jaar en dag de gewoonte. En dan wordt de beroepen predikant om zo te zeggen ‘uitgeleend’ aan een bepaalde instantie. In dit geval via de Geref. Zendingsbond aan het Centrum voor Israëlstudies (C.I.S.).

In onze kerken ligt dat wat anders: daar kan ik pas predikant zijn, ook in het geval van een bijzondere opdracht, als ik aan een gemeente verbonden ben. We hadden met elkaar afgesproken dat de predikant voor Israël bevestigd zou worden volgens de regels van de kerk waarvan hij lid is.


Bij de vele regelingen vantevoren moest ook nauwkeurig worden afgesproken hoe de eigen verantwoordelijkheid van twee kerken het beste tot haar recht kon komen. Er is hier sprake geweest van een unieke samenwerking.

In de kerk van Utrecht (de wijkgemeente Nieuwe Kerk/Tuindorpkerk) was en is br Rodenburg met zijn gezin lid. Daar heeft hij ook als evangelist gewerkt; aan die gemeente wilde hij graag verbonden blijven. Door een commissie vanuit die gemeente werden ook allerlei organisatorische zaken gecoördineerd.

En tegelijk is door de Chr. Geref. Kerk van Utrecht-Centrum op royale wijze de gezamenlijkheid van deze bijzondere dienst gerealiseerd: de eigen middagdienst werd (vervroegd) verplaatst naar de Nieuwe Kerk, waar een chr. geref. broeder als ‘ouderling van dienst’ het consistoriegebed deed en met de bekende handdruk-vóór-de-kansel de predikant machtigde om de dienst te leiden.


Ik mocht de bevestigingspreek houden. De tekst was Jesaja 52,7: Hoe liefelijk zijn op de bergen de voeten van de vreugdebode, die vrede aankondigt, die goede boodschap brengt, die heil verkondigt, die tot Sion spreekt: uw God is Koning. Samengevat als: het ABP van Gods vreugdebode: het adres, de boodschap en het perspectief.

In zijn genade heeft de Here God goed nieuws voor Sion; dat lag toen in puin, dat is nog vol on-vrede.

Het is het evangelie van Jesaja, van heel de bijbel, dat de HERE - alleen al vanwege Zijn Naam - er op bedacht is om heil te bewerken voor en te geven aan mensen in ellende en verlorenheid. Daar gebruikt Hij een bode voor die het goede nieuws van ‘sjaloom’ mag brengen; van heil dat herstelt. De kern van diens boodschap is kort maar krachtig: Koning is uw God - tóch en nóg. Ook al lijkt het er niet op, het blijft de HERE om Israël gaan: uw God.

Een genade-appèl dat vreugdebode Rodenburg mag doorgeven in alle taken die hem meegegeven zijn. En dat de HERE Koning is, betekent: verlossing, ondergang van de wereldmachten, verzoening en thuiskomst en herstel. In deze trouw en macht van de God van Israël ligt ook de moed om déze boodschap door te geven.

Met als perspectief dat alle einden der aarde het heil des HEREN zullen zien en dat Hij verheerlijkt wordt - in en door Israël en de volken. We bidden dat de dienst van Kees Jan Rodenburg daaraan mag bijdragen.


De bevestiging werd gedaan door drs M. van Campen, directeur van het CIS. Hij kon daarbij dankbaar gebruik maken van het formulier voor de bevestiging van een Israël-predikant zoals onze synode dat in 1974 vaststelde.

Na het duidelijk gemeende en goed hoorbare ‘ja’ op de bevestigingsvragen werd door handoplegging aan br - nu ds - Rodenburg Gods zegen gewenst. Daaraan werd deelgenomen door de bevestigers, door ‘onze’ ds H. de Bruijne, door zijn eigen wijkpredikant P. Warners en zijn broer D. Rodenburg.


De intrede-preek werd voorafgegaan door schriftlezingen uit Leviticus 16 (vandaag begint over enkele uren in Israël de Grote Verzoendag) en Ephese 2,14-22. De kern van de preek bestond in het aanwijzen van Hem die onze ‘vrede’ is - tussen Joden en heidenen, tussen Israël en de kerk. Dat mag, in de huidige moeilijke situatie, ook gelden voor Israëli’s en Palestijnen. Om tot die vrede te komen is inkeer nodig, bekering en verootmoediging; de aanbidding van Hem die door lijden en dood heen de weg naar God gebaand heeft, die Zélf dé weg is...

De dienst, waarin ook passende bijbelliederen gezongen werden, werd afgesloten met de lofprijzing zoals Ps. 150 die verwoordt.

En tot lang ná deze dienst werd door velen van de mogelijkheid gebruik gemaakt om ds en mevr. Rodenburg Gods zegen en een goed verblijf in Jerusalem toe te wensen.

2. Een bijzondere dag

Dat werd maandag 8 december.

In de tussenliggende tijd was de fam. Rodenburg al ‘even’ in Israël geweest, voorzien van goede tips door onze vorige Israëlpredikant drs C.J. van den Boogert - op zoek naar een geschikte woongelegenheid, met voldoende ruimte voor gezin en werk.

Daarbij is een voorlopig onderkomen gevonden in - naar verluidt - een redelijk veilig stadsdeel van Jerusalem. Voorlopig - want eigenlijk is dit te klein. Er is daar wel voldoende mogelijkheid voor contact met de joodse bevolking en voor het naar-school-gaan van de kinderen. Maar eigenlijk ontbreekt het nog aan goede werkruimte. Zo wordt het huidige adres met name als ‘springplank’ gezien. En daar zijn ze op 8 december naar toe gereisd.


Op de zaterdag daaraan voorafgaande was er voor allerlei vrienden, bekenden en instanties in de Nieuwe Kerk de mogelijkheid om de familie Rodenburg een afscheidsgroet te brengen. Zeer zinvol vond ik daarbij een plattegrond van Jerusalem met de wijk waar ze gaan wonen, met foto’s van het huis en een tekening van de indeling daarvan. Zo kon ieder zich een beeld vormen van de woonomstandigheden.

Prachtig was het hoe één van de kinderen in de afgelopen tijd ijverig in een kinderbijbel naar plaatjes van Jerusalem zocht, met de vraag: wáár komen we nou te wonen? En via israëlische muziek en snoepgoed kon men op die zaterdag ook iets van ‘de sfeer proeven’.


Op mijn vraag of ze er niet een beetje tegenop zagen, kwam een eerlijk ‘ja’. Het is ook inderdaad wel spannend als je hoort dat er de laatste tijd, ook in Jerusalem, nogal wat voorgenomen aanslagen zijn verijdeld.


Op maandag 8 december is de hele familie naar Israël gevlogen.

De eerste tijd is natuurlijk nodig voor huis-inrichten en wennen. En dan begint de taak van deze ‘vreugdebode’. We hopen en bidden dat ze in vrede mogen leven en werken, tot zegen voor ieder met wie ze in contact komen. Uw/jouw voorbede voor werk en veiligheid is heel belangrijk.


En voor wie een bemoedigend woord naar Jerusalem wil schrijven - hun adres is: 22 Ibn Gvirol, Jerusalem 92430, Israël.

Het telefoon-nummer is nog niet bekend. Wel is reeds het e-mailadres in Israël bekend: rodenb@netvision.net.il

U kunt ook kijken op http://admire.myweb.nl/rodenburg/

H. Biesma
Vrede over Israël jrg. 48 nr. 1 (jan. 2004)
www.kerkenisrael.nl/vrede-over-israel

vrede-over-israel