Hier ziet u hoe de pagina er ongeveer uit komt te zien als u die afdrukt.
Plaatjes en enkele andere elementen worden niet weergegeven.
Dit gedeelte (met rode achtergrond) wordt niet geprint.
De uiteindelijke afdruk kan een andere regellengte hebben.


normale weergave

print deze pagina


O, dat supersessionisme!
Column

O, dat supersessionisme!


Ben ik nu een supersessionist? vroeg ik me angstig af toen ik de nieuwe grote Ouweneel zat te lezen.

Het moge u bekend zijn: Willem Ouweneel schreef een Israëltheologie, ook wel Israëllologie genoemd, met als titel Het Israël van God. Het boek telt 764 pagina’s.

Aanleiding tot het schrijven van dit boek is een boek van dr. Steven Paas, over het Israëlisme, ook al zo’n moeilijk woord. Volgens Ouweneel is Paas een super­sessionist ofwel een vervangingstheoloog, wat deze inmiddels alweer ontkend heeft. En Dirk Visser schreef in het Reformatorisch Dagblad dat Ouweneel zelf een soort van vervangings­theoloog is, omdat hij een rol voor de kerk ziet tussen Pinksteren en Wederkomst.


En ik? Ach het duizelde me. Israëllologie, Israëlisme, supersessionisme, en er staan nog veel meer van deze termen in het boek.

Toen ik het aan lezen was, vergeeft u me, werd ik een beetje boos op Paulus. Als hij Romeinen 9-11 iets duidelijker had geschreven, had ik nu niet een boek van 764 pagina’s moeten doorploegen.


Maar ik verwierp deze kritische opmerking gelijk. Want het gaat in je visie op Israël niet alleen om een deel van de brief aan de Romeinen, maar om je visie op het geheel van de Schrift, inclusief de visie op verbond, doop, Koninkrijk, duizendjarig rijk en zo meer.

Ouweneel is stellig: “Het is ondenkbaar dat een christen iets anders kan geloven dan dat Christus op de Olijfberg zal terugkeren”. En: “Het a-chiliasme [dat niet gelooft in een duizendjarig vrederijk op aarde] is onbijbels”. En vandaar dus mijn bezorgdheid.


Wat is het supersessionisme? Ouweneel: “Wie Gods beloften aan Israël – met name de landbelofte – vergeestelijkt, ze het etnische Israël onthoudt en ze op de kerk toepast noem ik een vervangingstheoloog.” En toen kon ik weer rustig ademhalen. Ik ben geen supersessionist.


En intussen wens ik de recensent die dit boek voor dit blad gaat bespreken alle sterkte en wijsheid toe. Ga er maar aan staan. Ik zou het niet kunnen.

A.G. Knevel
Verbonden jrg. 63 nr. 2 (mei 2019)
www.kerkenisrael.nl/verbonden

verbonden