jaar maand maand jaar


tevet / sjevat 5786

Z
M
D
W
D
V
Z
met telkens de
parasja van de week
sjabbat
1
12
tevet

 

donderdag
2
13
tevet

 

vrijdag
3
14
tevet

 

zaterdag
ויחי
Gen. 47:28-50:26
1Kon. 2:1-12
wajechí
4
15
tevet

 

zondag
5
16
tevet

 

maandag
6
17
tevet

 

dinsdag
7
18
tevet

 

woensdag
8
19
tevet

 

donderdag
9
20
tevet

 

vrijdag
10
21
tevet

 

zaterdag
11
22
tevet

 

zondag
12
23
tevet

 

maandag
13
24
tevet

 

dinsdag
14
25
tevet

 

woensdag
15
26
tevet

 

donderdag
16
27
tevet

 

vrijdag
17
28
tevet

 

zaterdag
וארא
Ex. 6:2-9:35
Ezech. 28:25-29:21
wa’erá
18
29
tevet

 

zondag
19
1
sjevat

 

maandag
20
2
sjevat

 

dinsdag
21
3
sjevat

 

woensdag
22
4
sjevat

 

donderdag
23
5
sjevat

 

vrijdag
24
6
sjevat

 

zaterdag
25
7
sjevat

 

zondag
26
8
sjevat

 

maandag
27
9
sjevat

 

dinsdag
28
10
sjevat

 

woensdag
29
11
sjevat

 

donderdag
30
12
sjevat

 

vrijdag
31
13
sjevat

 

zaterdag
בשלח
Ex. 13:17-17:16
Richt. 4:4-5:31
besjalàch

Aanwijzingen:

  • In de datumvakjes staat centraal de dag naar onze telling, en rechts daarvan de Joodse datum.
  • Onder ‘sjabbat’ zie je op de onderste regel een Hebreeuws woord: dat is de naam van de parasja van de week.
    Als je de cursor daarboven laat rusten krijg je de te lezen Bijbelgedeelten.
  • Over een dagnummer heen kan de naam van een joodse feest- of vastendag staan; klik voor informatie.