jaar maand maand jaar


adar / adar sjeni 5784

Z
M
D
W
D
V
Z
met telkens de
parasja van de week
sjabbat
1
21
adar

 

vrijdag
2
22
adar

 

zaterdag
כי תשא
Ex. 30:11-34:35
1Kon. 18:1-39
ki tiessà
3
23
adar

zondag
4
24
adar

 

maandag
5
25
adar

 

dinsdag
6
26
adar

 

woensdag
7
27
adar

 

donderdag
8
28
adar

 

vrijdag
9
29
adar

 

zaterdag
ויקהל
Ex. 35:1-38:20
1Kon. 7:40-50
wajakheel
10
30
adar

zondag
11
1
adar sjeni

 

maandag
12
2
adar sjeni

 

dinsdag
13
3
adar sjeni

 

woensdag
14
4
adar sjeni

 

donderdag
15
5
adar sjeni

 

vrijdag
16
6
adar sjeni

 

zaterdag
פקודי
Ex. 38:21-40:38
1Kon. 7:51-8:21
pekoedé
17
7
adar sjeni

zondag
18
8
adar sjeni

 

maandag
19
9
adar sjeni

 

dinsdag
20
10
adar sjeni

 

woensdag
21
11
adar sjeni

 

donderdag
22
12
adar sjeni

 

vrijdag
23
13
adar sjeni

 

zaterdag
ויקרא
Lev. 1:1-5:26
Jes. 43:21-44:23
wajikrá
24
14
adar sjeni

Palmpasen

zondag
25
15
adar sjeni

 

maandag
26
16
adar sjeni

 

dinsdag
27
17
adar sjeni

 

woensdag
28
18
adar sjeni

 

donderdag
29
19
adar sjeni

Goede vrijdag

vrijdag
30
20
adar sjeni

 

zaterdag
31
21
adar sjeni

Pasen

zondag

Aanwijzingen:

  • In de datumvakjes staat centraal de dag naar onze telling, en rechts daarvan de Joodse datum.
  • Onder ‘sjabbat’ zie je op de onderste regel een Hebreeuws woord: dat is de naam van de parasja van de week.
    Als je de cursor daarboven laat rusten krijg je de te lezen Bijbelgedeelten.
  • Over een dagnummer heen kan de naam van een joodse feest- of vastendag staan; klik voor informatie.